Wat is de functie van de modelmededeling?
vrijdag 20 november 2020
Sabine Snijders, Senior jurist en Privacy officer bij SNG, licht toe wat de functie is van de ‘modelmededeling’.
Wanneer een beslaglegger derdenbeslag (eventueel vereenvoudigd) wil leggen, berekent hij de beslagvrije voet. Dit doet hij met behulp van een rekenmodule. Lees ook de vorige blog: ‘Wat is het juridisch kader voor de rekenmodule vBVV?’ De berekende beslagvrije voet deelt de beslaglegger mee aan de schuldenaar. Dit gebeurt volgens een bij of krachtens algemene maatregel van bestuur vast te stellen model ('modelmededeling’). Het model zal worden opgenomen in een ministeriële regeling.
In de modelmededeling worden de gegevens vermeld waarop de vaststelling van de beslagvrije voet is gebaseerd en de wijze waarop de beslagvrije voet is berekend. Daarbij wordt de schuldenaar in de modelmededeling tevens gewezen op zijn/haar informatieverplichting, waarbij het onder meer gaat om voor de vaststelling van de beslagvrije voet benodigde gegevens die niet kunnen worden verkregen uit de BRP en UWV Polis.
Ook wordt de schuldenaar in de modelmededeling erop gewezen bepaalde omstandigheden omtrent de woonsituatie door te geven. Het gaat daarbij onder meer om woonkosten die hoger zijn dan een aangegeven normbedrag of een koopwoning in combinatie met inkomsten onder een bepaald normbedrag. Dit onderdeel van de modelmededeling betreft formeel gezien de verplichting tot het wijzen op de mogelijkheden voor de schuldenaar om de beslagvrije voet op verzoek te verhogen.
Indien de schuldenaar binnen vier weken na ontvangst van de modelmededeling omstandigheden meldt die tot gevolg hebben dat de beslaglegger de beslagvrije voet verhoogt, wordt hiermee rekening gehouden vanaf het moment van beslaglegging. Wanneer de schuldenaar niet reageert en aanvullende gegevens aanlevert, mag de beslaglegger ervan uitgaan dat hij de beslagvrije voet heeft gebaseerd op de juiste gegevens.
Indien al een beslaglegger beslag heeft gelegd op de periodieke inkomsten, onder een derde, vraagt de latere beslaglegger bij de eerdere, coördinerend deurwaarder de berekende beslagvrije voet op (alsmede de gegevens waarop deze is gebaseerd).
Gerechtsdeurwaarders kunnen de beslagvrije voet raadplegen in het Digitaal Beslagregister (DBR), waar alle gerechtsdeurwaarders op zijn aangesloten.
De latere beslaglegger verwijst dan de schuldenaar naar de coördinerend deurwaarder onder vermelding van de mogelijkheid van de schuldenaar om wijzigingen die van invloed zijn op de hoogte van de beslagvrije voet bij de coördinerend deurwaarder te melden. De schuldenaar moet wijzigingen dus steeds mededelen aan de coördinerend deurwaarder.